Karper
vissen in Frankrijk is jarenlang een diep gekoesterde wens van mij geweest maar
in 2006 veranderde deze droom in een nachtmerrie. Via een Nederlandse boekingsagent
hadden we een water geboekt met maaltijdservice.
We hadden zelfs complete
maaltijdlijsten mogen invullen om aan te geven wat we elke dag wilden eten.
Maar eenmaal aangekomen werd ons doodleuk door de Franse beheerders verteld dat
de maaltijdservice was afgeschaft. Ook de receptie werd gesloten dus geen
croissants en stokbrood en tot overmaat van ramp mochten we niet met de auto
rond het meer rijden waardoor een wc bezoek een wandeling van een half uur
betekende. Daar sta je dan met je één pits gasstelletje, enkele rookworsten en
wat blikken soep. We wisten nog wel 19 karpers te vangen maar de grootste woog
amper 10 kilo. Na vier dagen en nachten besloten we maar om naar huis te gaan
waarbij we het eerste de beste benzinestation compleet geplunderd hebben. Ik
proef nu nog de sandwiches die we daar naar binnen geschrokt hebben….
Het is dus niet
verwonderlijk dat het me pas acht jaar later weer lukte om mijn vismaat Piet te
overtuigen nogmaals naar Frankrijk te gaan. Dit keer pakten we het anders aan.
Geen bivvy’s maar een water met slaapaccommodatie, maximaal twee hectare,
rechtstreeks te boeken bij de eigenaar (dus Engelstalig), nu wel
maaltijdservice en het formaat van de karper is niet het belangrijkst. Dit is
ook ingegeven door het feit dat we allebei ondertussen 50+ zijn en lang niet
meer zo fanatiek als 20 jaar geleden. De zoektocht over het internet leverde
uiteindelijk een viertal wateren op die voldeden aan onze wensen en
uiteindelijk viel de keuze op Etang des Vaudrennes.
Vreemd genoeg echter kon ik op het internet geen
enkele recensie van dit water vinden van andere vissers. 11 oktober was de dag
van ons vertrek. We waren echter zo stom om in de navigator “tolwegen
vermijden” aan te vinken, nou dat hebben we geweten. Soms dacht ik dat we met
Parijs-Roubaix bezig waren, compleet met kasseienstroken, aan het aantal
rotondes leek maar geen einde te komen en op sommige weggetjes konden we niet
harder rijden dan 50 km per uur. Uiteindelijk komen we toch op onze plaats van
bestemming. Etang de Vaudrennes wordt gerund door en is eigendom van Roger en
Sandra Spencer, een Engels echtpaar van achter in de zestig. Etang des
Vaudrennes blijkt een meertje van 200 meter lang en 50 meter breed en is 15
jaar geleden door Roger en Sandra gekocht.
.
Het was toentertijd ondiep, geheel overwoekerd met waterlelies en overal lagen
omgevallen bomen. Roger heeft er jaren over gedaan om het water op te knappen.
Hoewel het al enige jaren in gebruik is, zijn wij tot mijn grote verbazing de
eerste Nederlanders die Roger als klant mag ontvangen. Alleen een Nederlandse
boekingsagent heeft hier ooit twee dagen gevist. Geen wonder dat ik bijna niks
op internet kon vinden! In 2014 blijkt het meer maar acht keer een week geboekt
te zijn en dat was voor Roger en Sandra ook nog hun beste jaar tot nu toe. Het
water is dus nog vrij maagdelijk en heeft een bestand van ruim 200 karpers. De
grootste karper van het water woog 40 Engelse ponden bij het uitzetten maar het
gemiddelde gewicht ligt rond de 10 kilo. De blokhut is eenvoudig maar wel met
verlichting, fornuis, koelkast, douche en wc. Bovendien is er buiten een
overkapping met twee grote tafels waar we al onze visspulletjes op kwijt kunnen
en altijd droog kunnen zitten. Het zakken van karpers is volgens de regels niet
toegestaan maar als ik Roger vraag of ik dit toch mag doen als ik in de nacht
een mooie karper vang, blijkt dit geen enkel probleem.
Piet kiest, lui als hij
is, voor de steiger meteen voor de blokhut, ik ga een 60 meter verderop zitten.
Daar ik ook s’ nachts wil vissen, zet ik meteen mijn bivvy op. Even voor vijven
krijg ik al mijn eerste run en een uurtje later volgt ook al de tweede vis; twee
spiegelkarpers van 7 en 8 kilo. Niet groot maar wat mij betreft prima om mee te
beginnen. Bij Piet blijft deze eerste avond stil. Rond tien uur kruipt Piet vermoeid
door de lange reis in de blokhut zijn bed in. Ikzelf duik de bivvy in. Alle zes
hengels liggen nog uit en daar Piet wil slapen, zijn ze
allemaal voor mij. Ondanks dat ik erg moe ben,
kom ik niet in slaap. Wild en gevogelte laat duidelijk merken dat dit hun tijd
is om actief te zijn en ook de piepjes die zo nu en dan uit de sounder box komen,
zetten me meermalen recht overeind op de stretcher. Maar eigenlijk is het
vooral de spanning dat elke moment de pieper af kan gaan die mij wakker houdt.
Pas om half vijf is het dan zover. Ik sta binnen de kortste keren met een
kromme hengel maar de karper schiet al snel los. Om vijf uur overkomt me dit
nog een keer maar drie kwartier later is het dan toch eindelijk raak, een mooie
spiegelkarper van 11,5 kilo.
Pas tegen negen uur komt Piet de blokhut uit,
hij heeft in ieder geval prima geslapen. Ik vang op deze dag totaal zes karpers
waarvan vier van 11 tot 12 kilo. Piet moet lang wachten, pas aan het begin van
de avond vangt hij zijn eerste vis, een schubkarpertje van 5 kilo. ‘S nachts
één karper, overdag vijf, ik besluit dan ook om s’ avonds de hengels binnen te
draaien en lekker mijn bedje in de blokhut in te kruipen. Deze tweede nacht
slaap ik als een roos. De hele nacht heeft het geregend en gestormd, heerlijk
om dan in een blokhut te liggen. Om zeven uur heb ik weer de hengels uit maar
deze ochtend lijkt de vis er weinig zin in te hebben. Alleen Piet vangt een
schubkarpertje van krap 4 kilo. Roger komt regelmatig even langs, volgens mij
is hij dolblij dat hij weer eens met iemand ouderwets Engels kan lullen. Hij
adviseert me om tegen de dam aan te vissen aan het eind van het meer.
.
Dat blijkt een gouden tip. ‘S middags vang ik nog vijf karpers waarbij een
dubbelrun. De vierde vis een heel dikke spiegel van 13,2 kg. Alleen jammer dat
een of andere idioot een stuk van de staart van deze vis heeft afgeknipt. Ook
Roger krijgt zowat tranen in de ogen als ik hem de foto’s laat zien. Je moet
toch wel heel erg ziek zijn om karper zo te verminken. Aan het eind van de dag breek
ik de tent af. Voor mij geen nachtvissen meer. ‘S avonds maken we kennis met de
Engelse keuken. Sandra heeft voor deze avond Yorkshire pudding gemaakt. Geen
idee wat er allemaal in zit maar het smaakt heerlijk.
Dag vier; ‘s ochtends is
het helder en koud maar al snel komt de zon erbij. Dit keer om acht uur de
hengels uit. Na drie kwartier al een langgerekte schub met knalrode vinnen en voor
twaalven heb ik er alweer vier karpers bij. Ik sta er op dat Piet mijn stek
overneemt want de stand is ondertussen 16-4 in mijn voordeel. Binnen het uur
vangt Piet twee karpers… ‘S middags besluiten we om te gaan pennen. Dit vind ik
toch de mooiste en spannendste vorm van karperen. Roger adviseert ons stijf
tegen de dam aan te vissen. We voeren wat hele en gebroken boilies plus enkele
handjes met pellets. We hebben bij Roger 20 kilo pellets gekocht. Het voordeel
is dat de karpers deze pellets al kennen want Roger voert er regelmatig mee.
Binnen een kwartier verschijnen er bellen bij de pen. Als snel waggelt deze
langzaam de diepte in maar helaas sta ik meteen met een wapperend stukje nylon.
Tot mijn stomme verbazing komt even later het pennetje vlak naast de dam weer
aan de oppervlakte. Voorzichtig vis ik het lijntje uit het water en knoop ik de
beide uiteinden aan elkaar. De vreugde is van korte duur want de knoop is
blijkbaar te gehaast gezet; weer lijnbreuk. Ik kan mezelf wel voor de kop
slaan, krijg ik een tweede kans en dan verprutst ik het. Ik zit nog na te balen
als ik hoor “daar is tie weer”. Piet wijst naar de dam en verdorie, daar staat
het pennetje weer. Hoe is het mogelijk. Dit keer leg ik wel een goede knoop en
even later ligt er een spiegelkarper in het net, geen grote vis maar wel eentje
met een verhaal!
Deze
dag vangen we allebei vijf karpers. Tijdens het avondeten krijgt Piet de laatste
run, een spiegel van 9 kilo maar wat een fantastische vis. Over het hele lijf
zitten schubben die alle kanten lijken op te staan. Een unieke vis die net zo
zeldzaam is als een volschubkarper. Om half negen is het pikkedonker en toosten
we in de hut op een prachtige dag. Met een dikke glimlach kruipen we weer onder
de wol.
Rond
vier uur moet ik eruit om te plassen. Ik kan de slaap niet meer vatten en om
vijf uur zit ik alweer achter de hengels. Om kwart voor zeven heb ik eerste
karper alweer op de kant maar even later kan ik opeens mijn ogen niet meer open
houden. Ik draai de hengels binnen en kruip weer in bed. Pas om negen uur staan
we beiden op. We haasten ons niet en ontbijten eerst. Het is een grijze dag en
al snel begint het weer te regenen. De vis aast niet of nauwelijks en we vangen
er beiden maar drie maar Piet vangt wel de grootste van deze week. Een hele
dikke spiegel van 14,6 kg. Als klap op de vuurpijl vangt hij op het eind van de
dag ook nog een rijenkarper. Ik vang dan wel de meeste vis, de mooiste en de
zwaarste karpers zijn voor Piet.
Ook
de volgende dag is het grijs en frisjes. Voor half elf heb ik er drie karpers
bij. De ene vis vecht nog harder dan de andere. Vooral de schubkarpers die me
erg doen denken aan de kanaalschubs bij ons in Friesland. Slanke torpedovormige
vissen die van geen ophouden weten. Ik dubbel de spiegelkarper van 13,2 kg die
ik drie dagen eerder ook al gevangen had. Hierna valt het stil, tijd om wat te
experimenteren. Roger heeft nog nooit succes gehad met pop-ups maar Piet besluit
toch een snowman van een aarbeiboilie met een ananas pop-up te monteren. Tegen
zessen komt de regen met bakken naar beneden, tijd voor het avondeten. Voor de
derde dag op rij moeten we echter de maaltijd staken voor een run. Natuurlijk
op de snowman van Piet en een minuut later gaat ook één van mijn piepers af.
Mijn karper schiet los maar Piet vangt weer één van die hardvechtende slanke
spiegelkarpers. Een prachtige vis van 10 kilo met drie grote schubben op haar
zij. Een mooie afsluiter van een dag die ons “slechts” vijf karpers oplevert.
17 oktober, alweer onze laatste dag. We hebben
afgesproken om vier uur te gaan inpakken. Alhoewel we nog een nacht mogen doorgaan,
kiezen we er voor om die avond al te gaan rijden om zo drukte onderweg te
vermijden. En dit keer wel via de Peage! Mijn teller staat ondertussen op 24
karpers. Van te voren had ik gehoopt op twintig maar stiekem hoop ik nu op
dertig. Zou ik dat nog halen? Het weer is in ieder geval flink opgeklaard en de
karper heeft er ook zin in. Gemiddeld vang ik bijna elk uur een karper. Piet is
verder aan het experimenteren geslagen. Zijn laatste kronkel is een aardbeiboilie
die hij bespoten heeft met knoflookextract. Om elf uur sta ik een niet zo’n
hele grote vis te drillen. Dan zie ik tot mijn grote opwinding een
volschubspiegel(tje) omhoog komen. De karper neemt nog een laatste schot
waardoor ik nog even sta te trillen maar daarna kan ik haar scheppen. Het
gejuich galmt door het bos. Een volschubspiegel, daar heb ik altijd van
gedroomd! Het karpertje is maar 60 cm lang maar voor mij een droomvis.
Ondertussen staat Piet ook een karper te
drillen. En ja hoor, op de aardbei/knoflookboilie! Een schitterende schubkarper
met een enorme staart, 11,5 kilo en 88 cm lang. Een torpedo waar zelfs een
U-boot kapitein opgewonden van zou raken. Om half een vang ik mijn 29e
karper. Zou het dan toch nog lukken? Tegen tweeën is het dan zover. En terwijl
ik sta te drillen gaat ook één van mijn andere hengels af en tien minuten later
liggen er twee karpers op de onthaalmatten. Wat een afsluiter! Het slotakkoord
is echter voor Piet. Drie kwartier voor het einde krijgt hij de laatste run en
wederom op de snowman. De karper komt binnen enkele minuten onder de kant maar
weigert op te geven. Zij blijft maar rondjes draaien, af en toe krijgen we de
vis even te zien maar elke keer duikt ze weer de diepte in. Onze verbazing
wordt elke minuut groter. Pas na een dril van 19 minuten kan ik dan eindelijk
een lange spiegelkarper scheppen die maar 10 kilo op de weegschaal brengt.
Een
waardige afsluiting van een fantastische week. Totaal hebben we samen 48
karpers gevangen in zes dagen vissen waarbij we vijf nachten niet hebben
gevist. Als je comfortabel wilt vissen en niet per se (hele) grote karper hoeft
te vangen dan kan ik je dit water van harte aanbevelen. Etang des Vaudrennes is
te boeken via fransekarpers.nl maar als je de Engelse taal machtig bent, kan je
het net zoals ik ook zelf rechtstreeks bij Roger boeken.
Groet,
Ronnie van Beem
Geen opmerkingen:
Een reactie posten